Rogier van de Wal
In deze lezing wil ik aan drie aspecten van het werk van Plato aandacht besteden. Allereerst aan de zogenaamde ongeschreven leer, waar vele liters inkt over vergoten zijn. Ik maak daarbij gebruik van het mooie compacte boekje Platon lesen van de Tübinger hoogleraar Thomas Szlezák, dat merkwaardig genoeg nooit in het Nederlands vertaald is (wel in tientallen andere talen). Maar ik zal er ook de opvallende roman De ongeschreven leer van Geerten Meijsing uit 1995 bij betrekken. Daarnaast ga ik in op de beroemde grotvergelijking in de Staat, waarbij ik de zienswijzen van Cornelis Verhoeven (die op dit moment als denker terecht een kleine revival beleeft) en voormalig Denker des Vaderlands René ten Bos naast elkaar zet. En tot slot komt, naar aanleiding van de mythe van de wagenmenner in de Phaedrus, ook het prikkelende proefschrift van Erno Eskens, Een beestachtige geschiedenis van de filosofie, nog aan de orde, waarin hij de vertaling maakt naar dierenrechten.
Deze bijeenkomst is met name interessant voor VWO-kandidaten Grieks (zij zullen ook speciaal voor deze avond worden uitgenodigd).