Onderwerp van de lezing
Wanneer Cicero het heeft over zijn vertaling van Demosthenes, stelt hij daarbij expliciet dat hij niet vertaald heeft als tolk maar als redenaar. Hieronymus vertaalde de Bijbel niet “woord voor woord”, maar naar de betekenis. De rederijker Cornelis van Ghistele verklaarde in 1554 dat hij de Aeneis van Vergilius “retoryckelijck” had overgezet “plaisant ende weerdig om lezen”. Hij vertaalt als dichter in een eigentijdse dichtvorm, taal en stijl, zoals voor hem bijvoorbeeld ook Ausonius, en na hem o.a. Joost Van den Vondel, Alexander Pope en Christopher Logue. Deze bijdrage voert langs enkele hoogtepunten en markante momenten uit de vertaalgeschiedenis van het Grieks en het Latijn, als vertaaltalen (vooral dan het Latijn) en vertaalde talen (zowel Latijn als Grieks), van in de oudheid tot vandaag, van Livius Andronicus tot Emily Wilson. We snuisteren in een kleurrijk verleden, met een kritische blik op de huidige vertaalpraktijk en ook met vragen voor de toekomst. Vertalingen zijn immers nooit een neutraal doorgeefluik. Ze geven een interpretatie, gekleurd door eigentijdse opvattingen (ook over vertalen), maar fungeren wel als plaatsvervanger en ambassadeur van de brontekst. Dat laatste is ook niet onbelangrijk in de hedendaagse context waarin de zin van de studie van Latijn en Grieks steeds vaker in vraag wordt gesteld.
Over de spreker
Sinds augustus 2021 is Berenice Verhelst universitair docent voor Oudgrieks en Oudheidwetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Ze studeerde (MA 2009) en promoveerde (2014) aan de Universiteit Gent, waar ze van 2015 tot 2021 ook actief was als postdoctoraal onderzoeksfellow van het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO Vlaanderen).
Als onderzoeker is ze vooral geïnteresseerd in Grieks-Romeinse epische traditie. Haar specialisme is de late oudheid en met name de Griekse epen van Nonnos van Panopolis (5de eeuw n. Chr.) en de epyllia en ekphrastische poëzie van de zogenaamd ”Nonniaanse” dichters. Ze past daarbij methodes en begrippen toe uit de narratologie, genrestudies en de antieke retoriek. De resultaten van haar proefschrift over de directe rede in de Dionysiaca zijn verschenen in 2017 bij Brill (+ digitale appendix). Ze is editor van Nonnus in Context IV. Poetry at the Crossroads (Peeters 2022) en Greek and Roman Poetry of Late Antiquity. Form, tradition and context (co-editor Tine Scheijnen, CUP 2022). Momenteel werkt ze aan een Digital Humanities project DICES (https://www.dices.uni-rostock.de/) over speech in de epische traditie.
Daarnaast is ze ook erg geïnteresseerd in alles wat te maken heeft met vertalen (theorie en praktijk), de geschiedenis van het vertalen en de receptie van de klassieke traditie door de eeuwen heen.