De Romeinse wortels van het hedendaagse pand- en hypotheekrecht
Door bijzonder hoogleraar Romeins Recht prof. mr. Rick Verhagen
De wettelijke regeling van het pand- en hypotheekrecht in het Nederlandse Burgerlijk Wetboek van 1992 is voor het merendeel afkomstig uit het Romeinse recht. Aan het einde van het Principaat had (wat juristen noemen) het Romeinse zakelijke zekerheidsrecht (pignus en hypotheca) een zodanige complexiteit bereikt, dat het zich eeuwen later moeiteloos liet recipiëren in het laatmiddeleeuwse en vroegmoderne Europa, waar het tot op de dag van vandaag wordt gebruikt bij transacties die uiteenlopen van consumentenkrediet tot grote infrastructurele projecten. Deze complexiteit is het gevolg van een grotendeels spontane rechtsontwikkeling, waarbij juridische innovaties niet door een wetgever werden bedacht, maar hun oorsprong vonden in dagelijkse contractspraktijken. Aan de hand van geldleningen en pand- en hypotheekaktes uit het archief van de Sulpicii (bankiers in Puteoli, 1e eeuw n. Chr.), zal worden geschetst hoe de belangrijkste vormen van pand en hypotheek zijn ontstaan en zich verder hebben ontwikkeld.